ca. 1610 | Pieter Pietersz van der Burch, vroedschap, overlijdt. Hij is de schoonzoon van Thielman Oem Danielsz. en vanaf 1575 werkzaam in diverse openbare fucties geweest zoals vroedschap, schepen, burgemeester en regent Oude Mannenhuis. Zijn echtgenote, Annetgen Ariensdr.van Smalevelt begint zich dan intensief te bemoeien met de Hollandse Missie en neemt de priester Govert Aertsz van Vliet, aangesteld door bisschop Sasbold Vosmeer, in haar huis, het Huis te Poort aan de Dam. Van daaruit worden de Roomsen van Schiedam, Vlaardingen, Kethel, Zouteveen en Maasland bediend. Een vertrek in haar woning was mogelijk als kapel ingericht.
Deze activiteit kan min of meer gezien worden als het beginjaar van de wederopbouw van de Roomse gemeente in Schiedam.
|  |
1616 | Annetgen Ariensdr van Smalevelt, weduwe van Pieter Pietersz van der Burch, verzoekt de provinciaal van het klooster van de Dominicaner Orde te Antwerpen een geschikte pater voor Schiedam te zenden, die de plaats kan innemen van de uit Schiedam vertrokken (of door Annetgen weggestuurde?) pastoor Van Vliet. De Provinciaal kiest Caspar Luypaert uit en brengt hem in eigen persoon naar Schiedam.
|  |
1622 | Bisschop Rovenius rapporteert aan Rome dat te Schiedam Godfried van Vliet als pastoor 'verdrongen' is door een 'zeker dominicaan'.
Bedoeld wordt dat Govert Aertsz. van Vliet, priester in het Huis te Poort van Annetgen van der Burch, vervangen wordt door de Dominicaan Caspar Luypaert.
|  |
1658 | Pastoor Godefriedus van Vliet overlijdt te Delft.
|  |