6-10-1787 | Een woedende menigte belaagt het huis van de patriottische, Lutherse predikant J. Hoop. Toegesnelde brandersknechts verhinderen reeds begonnen vernielingen; ds. Hoop moet vluchten. Na terugkeer krijgt hij van de burgemeesters een preekverbod opgelegd.
|  |
6-10-1787 | In de avond breken onlusten uit en worden de ruiten van de huizen van als patriot bekend staande personen ingeslagen. Het Zwitsers garnizoen uit Hellevoetsluis (dat op 30 september 1787 de plaats van het Pruisische garnizoen heeft ingenomen) doet niets om het oproer te keren.
|  |
8-10-1787 | De vroedschap voldoet aan het verzoek van de burgers van 7 oktober. Daarna neemt de onrust toch toe: de plaatsvervangende schout wordt de stad uitgejaagd; de vaandels worden verbrand; de wapens van ontslagen schutters worden opgehaald. Het volk eist het ontslag van de niet-prinsgezinde vroedschappen De Beer, Keuchenius, Van der Heijm en Pielat van Bulderen. De vroedschap belooft dit voor te leggen aan de stadhouder.
|  |
5-9-1854 | De politie drijft een menigte uiteen die melkboer Johannes van Dijk bedreigt. De melkboer is na betrapt te zijn met een dienstbode, het onderwerp geworden van spot en roddel. De volkswoede keert zich vervolgens tegen de politie en rellen breken uit.
|  |
7-9-1854 | Opnieuw breken rellen uit, na geruchten over gestegen broodprijzen. Bij bakkers worden vernielingen aangericht. Twee relschoppers worden gearresteerd, maar de menigte neemt een zodanig dreigende houding aan dat ze weer worden vrijgelaten.
|  |
8-9-1854 | Burgemeester Knappert vraagt, na de rellen van 7 september, om assistentie van het leger. Er komt 60 man infanterie uit Delft en een detachement rijdende artillerie uit Leiden, aangevuld met de plaatselijke schutterij. Bij de schermutselingen wordt een artilleriepaard dodelijk verwond.
|  |
9-9-1854 | Burgemeester Knappert vraagt om meer militaire bijstand vanwege de aanhoudende rellen. Met ruim 200 militairen in de stad blijft het nu verder relatief rustig.
|  |
11-9-1854 | Koning Willem III is hoogst verontwaardigd over de dood van het artilleriepaard dat op 8 september na verwondingen overleed en eist schadevergoeding van de gemeente Schiedam. Het korvet 'de Cycloop' krijgt orders op te stomen naar Schiedam om het dreigement kracht bij te zetten. De Koning komt hierover in aanvaring met het kabinet. Het is niet duidelijk of de eis van de koning daadwerkelijk is overgebracht aan het gemeentebestuur van Schiedam.
|  |